Je wordt anders mens door te fietsen...
Door: Maart Vestjens
Blijf op de hoogte en volg Maart en Henk
28 Augustus 2007 | Nederland, Amsterdam
Wat is het anders dan iedere dag opnieuw weer in het ritme en de cadans komen. Fietsen, is niet vooruit kijken noch achterom kijken. Het is niet stilstaan bij de ervaring die zich zojuist aandiende, of bij de gedachte die even opkwam.Het is niet vooruitzien naar wat komen gaat. Niet bij wat achter de bocht komen zal. Het is anticiperen aan het nu, bij wat zich nu aandient aan weg, luchten, landschappen, weersgesteldheid en gevoelens. Die gaan en die komen, zoals de weg onder het wiel verglijdt naar achteren, naar voorbij en naar de afgelegde afstand.
Fietsen is in die zin alleen nog maar fietsen. Het zijn geen hogere of lagere gevoelens, geen diepe gedachten of verheven ervaringen doormaken. Fietsen is fietsen. Niet meer en niet minder. Is dat dan alles? Ja, dat is alles. En fietsen doordrenkt je hele lijf. Heel het lichaam met alle organen en bloedsomloop en de repeterende hartslagen worden de verpersoonlijking van fietsen, van beweging, van onderweg-zijn.
Het betekent niet dat je onderweg bent van A naar B, maar dat je in de weer bent om te fietsen. Het gaat niet om in B te geraken of om juist die afstand naar B in bijvoorbeeld een heel korte tijd af te leggen. Het gaat slechts om het gestaag en voortdurend in beweging zijn. Het is niet een uurtje fietsen, of op een mooie zomerse zonnige dag een tochtje maken van een 40 km. Het is gestaag en dat houdt in dat er bij lange voortduring gefietst wordt: bijvoorbeeld per dag een 80 tot 150 kilometer en dat gedurende een week of twee, drie, om te beginnen.
Zelf fietste ik in april en mei samen met Henk een aantal weken over een eerder door anderen uitgestippelde route naar Italië. Tijdens die route hadden we een paar rustdagen ingebouwd om te herstellen en ook om te kunnen bekomen van de al afgelegde tocht en om uitgerust te zijn voor de nog te rijden honderden kilometers die zouden volgen. Toen de eerste rustdag aanbrak, zeiden we tot elkaar dat we op die dag toch wel een klein stukje konden rijden, ook omdat er in het dorpje waar we overnachtten niet zo veel te doen was. We reden die dag meer dan 80 kilometer en het ging ook nog voor het grootste deel over wegen die meer stegen dan daalden.
We reden sowieso nagenoeg heel de tocht over heel rustige wegen; vaak zagen we op een dag maar een paar mensen in een auto voorbijkomen of bezig in de tuin bij hun huis of in de weer op het akkerland.
Ook de andere geplande rustdagen fietsten we gewoon, ook omdat het ons goed deed en we ons er wel bij voelden. We waren niet op weg gegaan om belangrijke gebouwen of steden te gaan bezoeken. Ons ging het, merkten we steeds meer, om de tocht zelf. We zeiden wel eens dat we naar die stad of die omgeving later wel eens terugwilden. Nu was dat niet ons doel. Nu was het doel om fietsend in beweging te zijn en zo het doel naderend van onze tocht: het heiligdom van de Heilige Antonius in Padua, Italië
Maar eenmaal in Padua -we maakten nog een foto bij het plaatsnaambord van de stad- merkten we na een paar dagen al dat de stad niet die bekoring bood die het dag in dag uit fietsen en het zoeken van de weg wel gaven. Het was maar een stad, terwijl er zoveel moois te zien was qua studentenleven, bijzondere gebouwen en kerken, markten en restaurants waar lekker Italiaans gegeten kon worden...
Liever waren we doorgefietst naar Rome of nog verder, naar Zuid-Italië. Zo in zo’n stad verblijven, gaf niet die kick die het dag-in-dag-uit-fietsen verschafte. Laat ons maar fietsen… en fietsen.
Dat wist ik eerder ook niet, maar het blijkt dat door het onderweg-zijn per fiets (anderen wandelen of rennen) stoffen in het lichaam (endorfine en dopamine) vrij gemaakt worden die heilzaam zijn voor lichaam en geest. Die geven je een gelukzalig gevoel. In de zin van dat wil ik meer en opnieuw, omdat het zo goed voelt. In die zin werkt fietsen verslavend. Maar wat is dan precies die verslaving? Die heeft te maken met leeg-worden. Alles wat je in dagen en maanden aan levensbagage meesjouwt en opbouwt, glijdt als het ware tijdens de inspanning van het fietsen van je af. Je neemt het niet langer mee, zoals je tijdens het fietsen de landschappen ook niet vast kunt houden. Ook niet door er foto’s van te maken, want je zou dan om de haverklap van de fiets moeten stappen, omdat er zich steeds wel weer wat bijzonders aandient. Dat gevoel van de lasten afwerpen of loslaten die het leven met zich meebrengen, geeft een bevrijd gevoel. In die zin word je er ook een ander mens door, een mens die zich minder gelegen laat liggen aan de dagelijkse wisselvalligheden van het bestaan.
En zoals tijdens die fietstocht van meer dan 1650 kilometer een andere pelgrim die we ontmoetten, opmerkte, zo is het ook. Al op het einde van de tocht begin je al vanzelf aan een nieuwe tocht te denken. Toen hij dat zei, kon ik me dat moeilijk voorstellen. Nu weet ik dat ik zelf niet anders doe.
Ik stel me erop in dat ik volgende week de fiets weer pak, de rode tassen weer aangesp, de nieuwe uitgestippelde route bij de hand heb, het weer gunstig is om te kunnen fietsen, het broekvet bij de hand heb, op voorhand de terugtocht per trein geregeld heb, toch genoeg getraind heb om een kleine 700 km te kunnen fietsen,maar nu alleen.
Zal zeker veel aan de eerdere pelgrimstocht denken, ook omdat Henk er toen bij was en ik nu de tocht alleen zal maken. Wat zal dat oproepen?
Ik houd je op de hoogte... ook qua foto's, hoop ik.
Maart Vestjens
Fietsen is in die zin alleen nog maar fietsen. Het zijn geen hogere of lagere gevoelens, geen diepe gedachten of verheven ervaringen doormaken. Fietsen is fietsen. Niet meer en niet minder. Is dat dan alles? Ja, dat is alles. En fietsen doordrenkt je hele lijf. Heel het lichaam met alle organen en bloedsomloop en de repeterende hartslagen worden de verpersoonlijking van fietsen, van beweging, van onderweg-zijn.
Het betekent niet dat je onderweg bent van A naar B, maar dat je in de weer bent om te fietsen. Het gaat niet om in B te geraken of om juist die afstand naar B in bijvoorbeeld een heel korte tijd af te leggen. Het gaat slechts om het gestaag en voortdurend in beweging zijn. Het is niet een uurtje fietsen, of op een mooie zomerse zonnige dag een tochtje maken van een 40 km. Het is gestaag en dat houdt in dat er bij lange voortduring gefietst wordt: bijvoorbeeld per dag een 80 tot 150 kilometer en dat gedurende een week of twee, drie, om te beginnen.
Zelf fietste ik in april en mei samen met Henk een aantal weken over een eerder door anderen uitgestippelde route naar Italië. Tijdens die route hadden we een paar rustdagen ingebouwd om te herstellen en ook om te kunnen bekomen van de al afgelegde tocht en om uitgerust te zijn voor de nog te rijden honderden kilometers die zouden volgen. Toen de eerste rustdag aanbrak, zeiden we tot elkaar dat we op die dag toch wel een klein stukje konden rijden, ook omdat er in het dorpje waar we overnachtten niet zo veel te doen was. We reden die dag meer dan 80 kilometer en het ging ook nog voor het grootste deel over wegen die meer stegen dan daalden.
We reden sowieso nagenoeg heel de tocht over heel rustige wegen; vaak zagen we op een dag maar een paar mensen in een auto voorbijkomen of bezig in de tuin bij hun huis of in de weer op het akkerland.
Ook de andere geplande rustdagen fietsten we gewoon, ook omdat het ons goed deed en we ons er wel bij voelden. We waren niet op weg gegaan om belangrijke gebouwen of steden te gaan bezoeken. Ons ging het, merkten we steeds meer, om de tocht zelf. We zeiden wel eens dat we naar die stad of die omgeving later wel eens terugwilden. Nu was dat niet ons doel. Nu was het doel om fietsend in beweging te zijn en zo het doel naderend van onze tocht: het heiligdom van de Heilige Antonius in Padua, Italië
Maar eenmaal in Padua -we maakten nog een foto bij het plaatsnaambord van de stad- merkten we na een paar dagen al dat de stad niet die bekoring bood die het dag in dag uit fietsen en het zoeken van de weg wel gaven. Het was maar een stad, terwijl er zoveel moois te zien was qua studentenleven, bijzondere gebouwen en kerken, markten en restaurants waar lekker Italiaans gegeten kon worden...
Liever waren we doorgefietst naar Rome of nog verder, naar Zuid-Italië. Zo in zo’n stad verblijven, gaf niet die kick die het dag-in-dag-uit-fietsen verschafte. Laat ons maar fietsen… en fietsen.
Dat wist ik eerder ook niet, maar het blijkt dat door het onderweg-zijn per fiets (anderen wandelen of rennen) stoffen in het lichaam (endorfine en dopamine) vrij gemaakt worden die heilzaam zijn voor lichaam en geest. Die geven je een gelukzalig gevoel. In de zin van dat wil ik meer en opnieuw, omdat het zo goed voelt. In die zin werkt fietsen verslavend. Maar wat is dan precies die verslaving? Die heeft te maken met leeg-worden. Alles wat je in dagen en maanden aan levensbagage meesjouwt en opbouwt, glijdt als het ware tijdens de inspanning van het fietsen van je af. Je neemt het niet langer mee, zoals je tijdens het fietsen de landschappen ook niet vast kunt houden. Ook niet door er foto’s van te maken, want je zou dan om de haverklap van de fiets moeten stappen, omdat er zich steeds wel weer wat bijzonders aandient. Dat gevoel van de lasten afwerpen of loslaten die het leven met zich meebrengen, geeft een bevrijd gevoel. In die zin word je er ook een ander mens door, een mens die zich minder gelegen laat liggen aan de dagelijkse wisselvalligheden van het bestaan.
En zoals tijdens die fietstocht van meer dan 1650 kilometer een andere pelgrim die we ontmoetten, opmerkte, zo is het ook. Al op het einde van de tocht begin je al vanzelf aan een nieuwe tocht te denken. Toen hij dat zei, kon ik me dat moeilijk voorstellen. Nu weet ik dat ik zelf niet anders doe.
Ik stel me erop in dat ik volgende week de fiets weer pak, de rode tassen weer aangesp, de nieuwe uitgestippelde route bij de hand heb, het weer gunstig is om te kunnen fietsen, het broekvet bij de hand heb, op voorhand de terugtocht per trein geregeld heb, toch genoeg getraind heb om een kleine 700 km te kunnen fietsen,maar nu alleen.
Zal zeker veel aan de eerdere pelgrimstocht denken, ook omdat Henk er toen bij was en ik nu de tocht alleen zal maken. Wat zal dat oproepen?
Ik houd je op de hoogte... ook qua foto's, hoop ik.
Maart Vestjens
-
28 Augustus 2007 - 05:53
Ambro:
Hallo Maart, goed je weer te lezen!
Waar voert je a.s. fietstocht heen? Weet wel dat dit niet belangrijk is, na het lezen van jouw verhaal is me duidelijk dat het fietsen zélf voor jou "the main thing" is. Ben zelf iemand die in de regel een doel voor ogen heeft, ben dus benieuwd naar je retour-station :-)
Wens je een goede reis, met lieve groet. -
31 Augustus 2007 - 17:17
Pie Van Can:
O Maart, eindelijk heb je de waarde van het fietsen ontdekt, wat ik zelf al heel mijn leven heb gedaan. Nu begrijp je beter waarom ik de auto's haat , die als insecten zicj meester hebben gemaakt van wegen en pleinen en van vele andere plaatsen . Zo komen we dichter bij el;kaar.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley